Grafisch design als drager van waarde en identiteit: een vergelijkend onderzoek tussen de Triodos Bank betaalpas en Oxenaars ‘Zonnebloem’

Cilia Schoonhoven

Staande voor de kassa in de supermarkt, de bar in de kroeg of het koffiezetapparaat op de universiteit leg ik met het gebruik van mijn bankpas iets van mijn identiteit voor de omgeving bloot. Het rechthoekige stukje plastic faciliteert niet alleen een betaling, maar brengt tegelijkertijd door middel van de grafische vormgeving een narratief over dat ook iets zegt over mij. Aan de hand van twee ogenschijnlijk verschillende casussen belicht ik die rol van het grafische ontwerp van onze betaalmiddelen.

De eerste is de meest recente, in 2023 gelanceerde betaalpas van de Triodos Bank, de tweede het vijftigguldenbiljet van Ootje Oxenaar uit 1982. Beiden zijn voorbeelden uit Nederland en differentiëren zich op hun eigen manier visueel sterk van ontwerpen van vergelijkbare producten in hun tijd. Naast de evidente verschillen tussen de objecten tonen de twee ontwerpen relevante overeenkomsten die inzichten bieden in de wijze van identiteitsvorming.

 

Dietwee (ontwerper). Triodos Betaalpas, 2023. Gerecycled PVC, 5.4 cm bij 8.6 cm. Foto: Triodos Bank. 

De Triodos Bank betaalpas

De Triodos Bank is sinds de jaren zestig uitgegroeid tot een gerenommeerde organisatie die haar idealen voor de wereld om ons heen scherp in het vizier houdt. Zo worden investeringen ingezet voor positieve maatschappelijke veranderingen op gebied van milieu, zorg en cultuur.[i] De bank staat op die manier in dienst van de idealen van de rekeninghouder, die daarnaast ook op dagelijks niveau geniet van innovatie. De Visa Debit-betaalpas die door bureau Dietwee is ontworpen is hiervan een tastbaar voorbeeld .[ii] Naast het gebruik van 100 procent gerecycled PVC worden de ideologische waarden van de bank door het grafische ontwerp overgedragen, wat waarde toevoegt aan het object. Dit maakt de fysieke betaalpas met de groeiende mogelijkheid tot mobiel betalen relevant voor bank en consument.

Zowel de voor- als de achterkant is uitbundig gekleurd met als focuskleur groen, wat de kaart visueel van andere bankpassen onderscheidt en van een afstand herkenbaar maakt. De kleur en niet het logo staat centraal, waarmee in de plaats van de bank als kredietinstelling juist de gemeenschap van de bank wordt gerepresenteerd. Daarbij is de voorzijde verrijkt met een motief. De gestileerde en in kleur aangepaste close-up van een vlindervleugel is gedestilleerd uit foto’s van verschillende vlinders afkomstig uit Nederland en Europa. Deze uitvergroting onthult een uniek pixelpatroon dat de individuen binnen de gemeenschap van de bank representeert.[iii] Het vlindermotief, afgeleid uit de natuur, is een visuele vertaling van de positieve impact die de bank nastreeft op de wereld om ons heen, een symbool voor de positieve transformatie die de bank voor de wereld voor ogen heeft.[iv] De vlinder als symbool voor transformatie is af te leiden uit de gedaanteverandering die de vlinder zelf, van rups naar cocon naar vlinder, meemaakt. Het beeldelement is volgens de iconologie (de kunsthistorische interpretatieleer) een verrijzenissymbool, daterend uit de westerse christelijke kunsttraditie vanaf de vijftiende-eeuw. [v] Over tijd is de negatieve connotatie met de dood weggesleten waarbij het transformatie element overeind blijft staan. Ook fysiek sluit het ontwerp aan bij de huidige behoefte. Als de pas naast contactloos betalen ingevoerd moet worden gebeurt dat niet meer met horizontaal schuiven, maar door de kaart verticaal in het apparaat te steken. Met de verticale vormgeving en een kleine inkeping aan de korte kant stuurt het grafisch ontwerp de oriëntatie en ondersteund de pas subtiel deze handeling. Deze voor de hand liggende keuze wordt door andere banken nauwelijks opgepakt behalve door de ASN Bank, die ook pleit voor duurzaamheid met oog op de toekomst. De eenvoud waarmee de ontwerprichting is veranderd, lijkt een vooruitstrevende houding te weerspiegelen, die tot uiting komt in het draaien van de kaart.

 

R.D.E. Oxenaar. Kleurproeven vijftigguldenbiljet – 1, 16-09-1980 tot 22-09-1980. Proefdruk op papier. Archief van Ootje Oxenaar, Allard Pierson, Amsterdam UBA681.198. Foto: Cilia Schoonhoven, Amsterdam.

Ootje Oxenaar en de ‘Zonnebloem’

De tweede casus is het vijftig gulden biljet ontworpen door Robert Deodaat Emile (Ootje) Oxenaar, in omloop gebracht in 1982 door De Nederlandsche Bank. Hij gaf op innovatieve wijze vorm aan het biljet, wat resulteerde in een gevierd ontwerp. Allereerst de kleur. In lijn met vijftig gulden biljetten uit het verleden, met als meest bekende het ‘geeltje’ uit 1862, werd geel als hoofdkleur gekozen.[vi] Uit later onderzoek van DNB blijkt dat mensen kleur een belangrijke herkenningsfactor vinden, iets wat voor Oxenaar voorop stond en waarvoor hij zich liet inspireren door de kleurrijke Monopoly biljetten.[vii] Uit de proefdrukken die te vinden zijn in het archief van het Allard Pierson is een zoektocht naar de juiste kleur te herleiden. In de laatste twee weken van september 1980 worden aanvankelijk bonte kleurcombinaties uitgeprobeerd, gevolgd door geel-roze experimenten, om uit te komen bij een helder geel die later met druklagen groen en oranje wordt gefundeerd. Ook het motief van de voor iedereen herkenbare zonnebloem wordt zichtbaar geïsoleerd uit een gezelschap van een taart, een banaan, een neonbord en een uitgebloeide paardenbloem.[viii] Dit element uit de natuur met de speelse toevoeging van de bij ligt in lijn met Oxenaars objectieve doch persoonlijke oeuvre, en past moeiteloos binnen de ‘bankbiljet identiteit beschrijving’ van DNB.[ix] Geld wordt namelijk actief ingezet om een gevoel van groepsidentiteit bij de bevolking te stimuleren wat met dit ontwerp, zonder de gebruikelijke iconografie van natiepersonificaties, zeer geslaagd is. De receptie van het biljet was na enige twijfel over de herkenbaarheid van de zonnebloem als Nederlands symbool overtuigend positief, en ook na de introductie van de euro identificeerden Nederlanders zich nog altijd meer met deze serie gulden ontwerpen.[x] Het succes van de door Oxenaar gekozen beeldelementen zit in de innovatie. De Zonnebloem was het eerste biljet in Nederland met een verticale oriëntatie en de tweede in Europa met een afbeelding die geen portret of persoonsverbeelding is (de eerste was de door hem vormgegeven ‘Snip’). Oxenaar brak hiermee met de heersende gewoonte en norm in Nederland. Ook de eenduidige kleur, die met de keuze voor geel wel een prettige knipoog naar de traditie was, het prominente waardecijfer èn de identificatie van zowel de ontwerpers als de drukker op het biljet als zijnde een kunstwerk waren unieke eigenschappen.[xi] Die eigenheid maakte het voor de bevolking mogelijk het bankbiljet te zien als een voorwerp dat specifiek voor hen gemaakt was. Naast de kleur en het motief zijn de materialistische eigenschappen ten behoeve van de veiligheid door Oxenaar ook onderdeel gemaakt van het ontwerp. In nauw contact met drukker Joh. Enschedé en Zonen realiseerde hij zijn ideeën en stelde alle elementen in dienst van het totaalontwerp.[xii] De ribbelrand van donkerbruine verdikte inkt, midden onderaan de achterkant van het biljet is bijvoorbeeld niet alleen een echtheidskenmerk maar ook een interactief element. Als je met je nagel over de ribbels gaat, zo stelt de proefdruk van de folder in het archief, “...kunt U de bij horen zoemen!”.[xiii]

R.D.E. Oxenaar. Kleurproeven vijftigguldenbiljet – 1, 17-09-1980 tot 22-09-1980. Proefdruk op papier. Archief van Ootje Oxenaar, Allard Pierson, Amsterdam UBA681.198. Foto: Cilia Schoonhoven, Amsterdam.

 

Vergelijking

Beide grafische ontwerpen maken gebruik van een heldere en duidelijke kleur. De overwegend groene betaalpas en het overwegend gele biljet zijn op deze manier herkenbaar en goed te onderscheiden van vergelijkbare voorwerpen. In combinatie met de heldere kleur is in beide gevallen gekozen voor een motief afkomstig uit de natuur. De ‘levende’ onderwerpen zorgen voor een emotionele gelaagdheid waardoor men zich met de voorwerpen kan vereenzelvigen.[xiv] Ondanks dat dit bij de Triodos bank vanwege de duurzaamheidsprogramma’s voor de hand lijkt te liggen staat de vlinder niet simpelweg symbool voor de zorg voor de wereld, maar representeert ook de gemeenschap van klanten en de individuen die daarin een geheel vormen. Bij Oxenaar kwam de politiek neutrale zonnebloem voort uit de traditie van het gele  50 gulden biljet en zijn eigen visuele conventies, herkenbaar voor iedereen maar zonder sterke symbolische of politieke waarden. De verticale positionering van beide ontwerpen typeert de progressieve en innovatieve houding van Oxenaar als ontwerper en de Triodos Bank als opdrachtgever. De grafische elementen in de ontwerpen sturen deze alternatieve richting, waar heel bewust voor gekozen is. Zo is de penschets van de zonnebloem op het sjabloonvel duidelijk in de lengte uitgelijnd met markeringen en ondersteunen de opschriften op de bankpas ook de kijkrichting.[xv]

Ten slotte springt de aandacht voor het materiaal bij beide werken in het oog. Het tactiele aspect wordt benaderd als onderdeel van het grafisch ontwerpproces. Voor Oxenaar gold dat de drukker van invloed was op de technische mogelijkheden, en dus hoe zijn ontwerp er in de realiteit uit zou komen te zien. Door zich ook heel actief met dat onderdeel van de praktijk in te laten hield hij grip op de manier waarop het grafische eindproduct met zijn gebruiker zou communiceren. Dit zien we ook bij het ontwerp van Dietwee, dat ondersteund wordt met de keuze voor honderd procent gerecycled PVC en zo de communicatie van de organisatie identiteit helpt afdwingen.

R.D.E. Oxenaar, Drukfilm met tekening zonnebloem voor vijftigguldenbiljet, z.d. Drukfilm. Archief van Ootje Oxenaar, Allard Pierson, Amsterdam UBA681.272. Foto: Cilia Schoonhoven, Amsterdam.

Ondanks de veertig jaar die tussen de twee ontwerpen zit, de fysieke verscheidenheid en de verschillende opdrachtgevers en uitvoerders komen er dus gelijkenissen bovendrijven wat betreft de grafische elementen. De overeenkomstige wijze was de succesformule waarmee Oxenaar de nationale identiteit op het papieren bankbiljet representeerde en Dietwee de gekozen identiteit van de bank op een PVC pas verankerde. Beide ontwerpen voorzien onze dagelijkse betaalmiddelen van waarde en representeren onze identiteit. Het effect hiervan ervaar ik zelf dagelijks met het gebruik van de bankpas, zoals men dat ook met de Zonnebloem heeft ervaren.

 

_______
Cilia Schoonhoven is masterstudent Kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam waar ze breed specialiseert in moderne kunst. Met een voorliefde voor schrijven richt ze zich in haar teksten op beeldende kunst, fotografie, film en grafisch ontwerp.

_______
Dit ingekorte artikel maakt deel uit van een reeks studentenpapers geschreven voor het vak Graphic Design as a Mediator in Public Space; gegeven door fellows van het Wim Crouwel Instituut Richard Niessen en Kylièn Bergh.

 

Bronnen

Archief van Ootje Oxenaar, UBA681. Allard Pierson. https://archives.uba.uva.nl/repositories/2/resources/681 Accessed March 24, 2025.

Bel, Brechje. Brief ontvangen door Cilia Schoonhoven. ‘RE: Grafisch design betaalpas’, 20 februari 2025.

Heij, Hans de. ‘Designing Banknote Identity’. Occasional Studies, 2012. DNB.

‘Je nieuwe Triodos Betaalpas | It’s your ticket to positive change | Triodos Bank’. Geraadpleegd 26 maart 2025. https://www.triodos.nl/service/particulieren/betalen/betaalpas.

Kirschbaum, Engelbert. ‘Lexicon of Christian Iconography Brill’. Brill, 2020. https://doi.org/10.1163/9789004393905.

Kuijpers, Els. Ootje Oxenaar, Ontwerper + opdrachtgever. Rotterdam: Uitgeverij 010, 2011.

‘Over Triodos Bank | Duurzaam bankieren sinds 1980 | Triodos Bank’. Geraadpleegd 20 maart 2025. https://www.triodos.nl/over-triodos-bank.

‘Triodos Bank introduceert Visa Debit bij Nederlandse klanten’. Geraadpleegd 20 maart 2025. https://www.visa.nl/about-visa/newsroom/press-releases.3271270.html.

White, Katie. ‘A Brief, Fluttering History of Butterflies in Art, From Symbols of Regeneration to Reminders of the Fleetingness of Life’. Artnet News, 18 maart 2022. https://news.artnet.com/art-world/a-history-of-butterflies-in-art-2085638.

 

Noten

[i] ‘Over Triodos Bank | Duurzaam bankieren sinds 1980 | Triodos Bank’, geraadpleegd 20 maart 2025, https://www.triodos.nl/over-triodos-bank.

[ii] ‘Triodos Bank introduceert Visa Debit bij Nederlandse klanten’, geraadpleegd 20 maart 2025, https://www.visa.nl/about-visa/newsroom/press-releases.3271270.html.

[iii] ‘Je nieuwe Triodos Betaalpas | It’s your ticket to positive change | Triodos Bank’, geraadpleegd 26 maart 2025, https://www.triodos.nl/service/particulieren/betalen/betaalpas; Brechje Bel ontvangen door Cilia Schoonhoven, ‘RE: Grafisch design betaalpas’, 20 februari 2025.

[iv] Bel ontvangen door Schoonhoven, ‘RE: Grafisch design betaalpas’, 20 februari 2025.

[v] Engelbert Kirschbaum, ‘Lexicon of Christian Iconography Brill’, Brill, 2020, IV 96, https://doi.org/10.1163/9789004393905; Katie White, ‘A Brief, Fluttering History of Butterflies in Art, From Symbols of Regeneration to Reminders of the Fleetingness of Life’, Artnet News, 18 maart 2022, https://news.artnet.com/art-world/a-history-of-butterflies-in-art-2085638.

[vi] Hans de Heij, ‘Designing Banknote Identity’, Occasional Studies, 2012, 273-74, DNB.

[vii] de Heij, 108, 251.

[viii] Kleurproeven vijftigguldenbiljet – 1&2, 23-07-1980 tot 12-06-81, UBA681.198, UBA681.199, Archief van Ootje Oxenaar, Allard Pierson, Amsterdam.

[ix] de Heij, ‘Designing Banknote Identity’, 88-89.

De bankbiljet identiteit beschrijving in de tekst van De Heij luidt als volgt:

                  -Reflect a Dutch, or at least not an un-Dutch character

- Exude some happiness and a degree of humour

- Express the time we live in (without being trendy or over-progressive)

- Be contemporary

- Not show living individuals

- No bias to religion

- Be dignified

- Be dynamic (as opposed to static)

- Be representative of its value.

[x] de Heij, 98, 104-5, 133.

[xi] Proefdruk folder De Nederlandsche Bank. Vijftig gulden, 1984, UBA681.120, Archief van Ootje Oxenaar, Allard Pierson, Amsterdam; de Heij, 118; Els Kuijpers, Ootje Oxenaar, Ontwerper + opdrachtgever (Rotterdam: Uitgeverij 010, 2011), 45.

[xii] Kuijpers, Ootje Oxenaar, Ontwerper + opdrachtgever, 36-37.

[xiii] Proefdruk folder De Nederlandsche Bank. Vijftig gulden, 1984, UBA681.120, Archief van Ootje Oxenaar, Allard Pierson, Amsterdam.

[xiv] de Heij, ‘Designing Banknote Identity’, 124.

[xv] Diverse drukfilms voor verschillende patronen van bankbiljetten, z.d., UBA681.185, Archief van Ootje Oxenaar, Allard Pierson, Amsterdam.